I. overwegende dat racisme, antisemitisme en vreemdelingenhaat een directe bedreiging vormen van de beginselen van vrijheid en democratie en van de fundamentele waarden die gedeeld worden door de lidstaten van de EU, zoals bepaald in artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en in het Handvest van de grondrechten,
I. considérant que le racisme, l'antisémitisme ou la xénophobie constituent des violations directes des principes de liberté et de démocratie ainsi que des valeurs fondamentales communes à tous les États membres de l'UE, inscrits à l'article 6 du traité sur l'Union européenne et dans la Charte des droits fondamentaux,