5° het plaatsen van een afrastering, ingegraven tot een diepte van minimaal twintig centimeter, met minimaal volgende kenmerken: een hoogte van één meter, een maximale maaswijdte van tien centimeter en een draaddikte van twee millimeter.
5° l'installation d'une clôture enterrée jusqu'à une profondeur minimale de vingt centimètres, présentant au moins les caractéristiques suivantes : une hauteur d'un mètre, des mailles de maximum dix centimètres et une épaisseur de fil de deux millimètres.