(42) Wanneer een marktdeelnemer zich naar een andere lidstaat verplaatst om er een dienstenactiviteit te verrichten, moet, naar gelang van het tijdelijke karakter van zijn activiteit, onderscheid worden gemaakt tussen gevallen die met de vrijheid van vestiging verband houden en gevallen die onder het vrije verkeer van diensten vallen.
(42) Lorsqu'un opérateur se déplace dans un autre État membre pour y exercer une activité de service, il y a lieu de distinguer les situations relevant de la liberté d'établissement de celles couvertes par la libre circulation des services, en fonction du caractère temporaire de l'activité concernée.