7. Artikel 11, § 3, eerste lid, vierde zin, en § 4, eerste lid, derde zin, bepaalt dat de mandataris die bij de beoordeling zoals bedoeld in de eerste paragraaf van dezelfde bepaling, een vermelding « zeer gunstig » of « gunstig » gekregen heeft, na afloop van een nieuw mandaat, definitief « in een graad van gelijke rang aan die van de in het kader van het mandaat uitgeoefende functie benoemd [kan] » worden.
7. L'article 11, §§ 3, alinéa 1, quatrième phrase, et 4, alinéa 1, troisième phrase, prévoit que le mandataire qui a obtenu, lors de l'évaluation visée au paragraphe 1 de la même disposition, une mention « très favorable » ou « favorable » peut, au terme d'un nouveau mandat, être « nommé définitivement à un grade de rang identique à celui de la fonction exercée dans le cadre de ce mandat ».