2. a) Hoe dienen de bepalingen van artikel 333 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 1992) telkens te worden beoordeeld: - wanneer er destijds geen aanslag werd ingekohierd; - wanneer er destijds wel een positieve of een negatieve aanslag in de vennootschapsbelasting werd gevestigd? b) in functie van ieder aanslagjaar van aftrek of in functie van het eerste jaar van het ontstaan van elk compenseerbaar verlies; c) of is er in het tweede geval na drie jaar reeds verjaring ingetreden?
2. a) Comment les dispositions de l'article 333 du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 1992) doivent-elles être interprétées dans les cas suivants: - lorsqu'aucune imposition n'a été enrôlée en son temps; - lorsqu'une imposition - positive ou négative - avait été enrôlée en son temps? b) en fonction de chaque année d'imposition pour laquelle une déduction a été admise ou en fonction de la première année de la survenance de chaque perte compensable; c) à moins que, dans le deuxième cas, la prescription n'intervienne déjà après trois ans?
