6 (1) Wanneer het verbindingsorgaan van de Staat van de woonplaats kennis heeft van het feit dat een gerechtigde op een invaliditeits-, rust- of overlevingspensioen van de andere overeenkomstsluitende Staat, of eventueel zijn echtgenoot, niet alle beroepsactiviteiten heeft stopgezet of een dergelijke activiteit heeft hervat, stelt het het verbindingsorgaan van bedoelde overeenkomstsluitende Staat daarvan onverwijld in kennis.
6 (1) Lorsque l'organisme de liaison de l'Etat de résidence a connaissance qu'un bénéficiaire d'une prestation d'invalidité, de retraite ou de survie de l'autre Etat contractant, ou éventuellement son conjoint, n'a pas cessé toute activité professionnelle ou a repris une telle activité, il en avisera sans délai l'organisme de liaison dudit Etat contractant.