Het koninklijk besluit van 10 januari 1991 verduidelijkt dat een ingreep bij stoornissen in de spraakontwikkeling slechts mogelijk is als het kind zich in dit opzicht in het derde percentiel bevindt, het een IQ heeft van minder dan of gelijk aan 86 en dat het geen gehoorverlies heeft
L’arrêté royal du 10 janvier 1991 précise que l’intervention dans les troubles du développement du langage nécessite que l’enfant se trouve de ce point de vue dans le troisième percentile, que son QI soit inférieur ou égal à 86 et qu’il n’ait pas de perte auditive.