De in artikel 5, § 1, en de in artikel 5bis, § 6, bedoelde werklieden en werksters, t
ewerkgesteld in een deeltijdse dienstbetrekking hebben, na ten minste zestig kalenderdagen voortdurende arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, bevall
ing of ongeval, met uitsluiting van de beroepsziekten en de arbeidsongevallen, recht op de bijslagen, vastgesteld in artikel 22, § 2, die de vergoeding van de ziekte- en invaliditeitsverzekering aanvu
lt, voor zover deze werknemers de voorwa ...[+++]arden vervullen, vastgesteld in § 1.
Les ouvriers et ouvrières visés à l'article 5, § 1 et à l'article 5bis, § 6, travaillant à temps partiel, ont droit après soixante jours civils au moins d'incapacité continue de travail pour cause de maladie, d'accouchement ou d'accident, à l'exclusion des maladies professionnelles et des accidents de travail, aux allocations complémentaires à l'indemnité de l'assurance maladie-invalidité, fixées à l'article 22, § 2, dans la mesure où ces travailleurs remplissent les conditions posées au § 1.