Voor het nieuw op te richten begrotingsfonds 16.4 voor wedergebruik van de ontvangsten voortvloeiend uit prestaties tegen betaling, de vervreemding van overtollig geworden materieel, waren of munitie en uit de vervreemding van onroerende goederen die deel uitmaken van het aan het beheer van de Minister van Defensie toevertrouwde patrimonium, dat een begrotingsfonds vormt in de zin van artikel 62 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, wordt een debetpositie in vastlegging van 10 000 duizend EUR en een debetpositie in vereffening van 5 000 duizend EUR toegelaten.
Une position débitrice maximale de 10 000 EUR en engagement et de 5 000 milliers EUR en liquidation est autorisée pour le nouveau fonds budgétaire à créer pour le remploi des recettes provenant de prestations effectuées contre remboursement, de l'aliénation de matériel, de matières ou de munitions excédentaires et de l'aliénation de biens immeubles faisant partie du patrimoine confié à la gestion du Ministre de la Défense, qui constitue un fonds budgétaire dans le sens de l'article 62 de la loi du 22 mai 2003 portant organisation du budget et de la comptabilité de l'état fédéral.