De wetgever vermag, zonder het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie te schenden, de geldelijke loopbaan van het gerechtspersoneel te wijzigen naar het voorbeeld van de hervormingen die met betrekking tot de geldelijke loopbaan van de federale ambtenaren werden doorgevoerd.
Le législateur peut, sans violer le principe d'égalité et de non-discrimination, modifier la carrière pécuniaire du personnel judiciaire en suivant l'exemple des réformes qui ont été opérées s'agissant de la carrière pécuniaire des agents fédéraux.