Het tweede onderdeel van het eerste middel is gegrond. Artikel 3 en artikel 4, 4°, van de wet van 10 mei 2007 dienen te worden vernietigd, doch alleen in zoverre zij onder de daarin vermelde discriminatiegronden niet de syndicale overtuiging beogen.
Il y a lieu d'annuler l'article 3 et l'article 4, 4°, de la loi du 10 mai 2007, mais uniquement en ce qu'ils ne visent pas, parmi les critères de discrimination qu'ils énoncent, la conviction syndicale.