2. Wanneer een lidstaat of de Commissie van oordeel is dat de geharmoniseerde normen waarvan wordt aangenomen dat de toepassing ervan voldoet aan specifieke eisen van een toepasselijke uitvoeringsmaatregel, daar niet volledig aan voldoen, stelt de desbetreffende lidstaat of de Commissie het bij artikel 5 van Richtlijn 98/34/EG opgerichte permanent comité daarvan in kennis met opgave van de redenen.
2. Lorsqu'un État membre ou la Commission considère que les normes harmonisées dont l'application est jugée de nature à satisfaire aux exigences d'une mesure d'exécution applicable, ne satisfont pas entièrement à ces exigences , l'État membre concerné ou la Commission en informe le comité permanent créé en vertu de l'article 5 de la directive 98/34/CE, en en indiquant les raisons.