Opdat de fraudebestrijding volledig en allesomvattend zou zijn, moet de fraudebestrijding bestaan uit een deel preventie (1.1) en opsporing (1.2), een deel follow-up (1.3) en een deel samenwerking (1.4) en moet zij betrekking hebben op alle sectoren waar zich fraude en corruptie kunnen voordoen.
Pour être complète et globale, la lutte antifraude doit comporter un volet prévention (1.1) et détection (1.2), un volet suivi (1.3) et un volet coopération (1.4), en intégrant tous les secteurs où la fraude et la corruption peuvent se manifester.