Overwegende dat de in artikel 3 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 2601/69 bedoelde controle het mogelijk moet maken de relatie na te gaan tussen de in het kader van het contract geleverde hoeveelheden verse produkten en de uit de verwerking hiervan verkregen hoeveelheden ; dat het , om deze relatie na te gaan , dienstig is deze controle te baseren op de grondstoffen - en produktenboekhouding van de verwerkende bedrijven ; dat uit deze grondstoffen - en produktenboekhouding derhalve de hiertoe benodigde gegevens moeten blijken ;
CONSIDERANT QUE LE CONTROLE PREVU A L'ARTICLE 3 PARAGRAPHE 1 DU REGLEMENT ( CEE ) N 2601/69 DOIT PERMETTRE DE VERIFIER LA CORRESPONDANCE ENTRE LES QUANTITES DE PRODUITS FRAIS LIVRES AU TITRE DU CONTRAT ET LES QUANTITES ISSUES DE LEUR TRANSFORMATION ; QUE , POUR VERIFIER CETTE CORRESPONDANCE , IL Y A LIEU DE FONDER CE CONTROLE SUR LA COMPTABILITE MATIERE DES INDUSTRIES DE TRANSFORMATION ; QUE , EN CONSEQUENCE , CETTE COMPTABILITE MATIERE DOIT FAIRE APPARAITRE LES INDICATIONS UTILES A CETTE FIN ;