7. wijst erop dat in het Verdrag is bepaald dat in een wetgevingshandeling de
bevoegdheid aan de Commissie kan worden gedelegeerd om niet-wetgevingshandelingen vast te stellen; verzoekt de Commissie een passend onderscheid te maken tussen gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen w
anneer ze wetgeving voorstelt, teneinde te waarborgen dat de
juiste soort handeling wordt toegepast; is van mening dat maatregelen waarbij een noodzakelijke tijdelijke afwijking wordt
...[+++]toegestaan van de bepalingen van de basishandeling moeten worden vastgesteld door middel van een gedelegeerde handeling indien de basishandeling is vastgesteld volgens de gewone wetgevingsprocedure;
7. rappelle que, conformément au traité, un acte législatif peut déléguer à la Commission le pouvoir d'adopter des actes non législatifs; demande à la Commission de distinguer, de manière appropriée, les actes délégués et d'exécution lorsqu'elle propose des textes législatifs, et ce afin de garantir l'application du bon type d'acte; estime que les mesures impliquant un écart temporaire urgent par rapport aux règles établies par l'acte de base doivent être adoptées au moyen d'actes délégués, lorsque l'acte de base est adopté conformément à la procédure législative ordinaire;