Onverminderd het tweede lid, worden voor de toepassing van dit besluit op de personeelsleden van de entiteit Interne Audit de bevoegdheden van de departementale directieraad en van het college van afdelingshoofden uitgeoefend door het hoofd van de entiteit Interne Audit samen met de manager-auditors, en bij ontstentenis van deze laatsten samen met de voorzitter van het college van secretarissen-generaal.
Sans préjudice de l'alinéa 2, les compétences du conseil de direction départemental et du collège des chefs de division sont exercées, pour l'application du présent arrêté aux membres du personnel de l'entité d'Audit interne, par le chef de l'entité d'Audit interne conjointement avec les auditeurs-managers, et à défaut de ces derniers, avec le président du collège des secrétaires généraux.