Art. 4. § 1. De werkgevers die het voornemen hebben om een bijkomende inspanning te realiseren voor tewerkstelling, in uitvoering van een collectieve arbeidsovereenkomst voorzien in artikel 3, § 1, 1° van voormeld koninklijk besluit of in het akkoord bedoeld in artikel 3, § 8, vierde lid van hetzelfde koninklijk besluit, dienen een kandidatuurstelling in te dienen, door middel van een bij de post aangetekende brief gericht aan het sectoraal fonds.
Art. 4. § 1. Les employeurs qui ont l'intention de réaliser un effort supplémentaire en matière d'emploi, en exécution d'une convention collective de travail visée à l'article 3, § 1, 1° de l'arrêté royal précité ou d'un accord visé à l'article 3, § 8, alinéa 4 du même arrêté royal, doivent introduire un acte de candidature, adressé au fonds sectoriel par lettre recommandée à la Poste.