Wat de uitoefening betreft van de in artikel 3, 9º, c) bedoelde beheertaak, komen enkel de rechten van deelneming van de door de beheervennootschap van instellingen voor collectieve belegging beheerde instellingen voor collectieve belegging, voor hun verhandeling door de beheervennootschap in aanmerking voor de wederzijdse erkenning als geregeld bij artikel 6bis van Richtlijn 85/611/EEG.
En ce qui concerne l'exercice de la fonction de gestion visée à l'article 3, 9º, c), seules les parts des organismes de placement collectif gérés par la société de gestion d'organismes de placement collectif peuvent être commercialisées par celle-ci sous le bénéfice de la reconnaissance mutuelle organisé par l'article 6bis de la directive 85/611/CEE.