17. is ervan overtuigd dat een rechtvaardig mondiaal economisch stelsel sociale ontwikkeling en grondrechten moet bevorderen; erkent in dit verband de univer
sele geldigheid van centrale arbeidsnormen voor het aanpakken van genderongelijkheid alsmede sociale en economische uitsluiting en om te komen tot een billijke verdeling van de voordelen van de handel tussen landen onderling
en binnen landen; wenst niet de relatieve voordelen in twijfel te trekken van ontwikkelingslanden met lage arbeidslonen; wijst op het probleem de interacti
...[+++]e tussen sociale en handelsproblemen zodanig aan te pakken dat met de belangen van alle betrokkenen rekening wordt gehouden;
17. est convaincu qu'un système économique global équitable est de nature à promouvoir le développement social et les droits fondamentaux; reconnaît dans ce cadre l'universalité des normes fondamentales du travail, mais ne cherche pas à remettre en question l'avantage comparatif dont disposent les pays en développement à la main-d'œuvre bon marché; souligne à quel point il est difficile d'aborder l'interaction entre les questions commerciales et sociales en prenant dûment en considération les préoccupations de toutes les parties;