Art. 48. § 1. In afwijking van artikel 25, § 1, kunnen de ambtenaren die overeenkomstig artikel 38, § 1, ambtshalve benoemd zijn tot de graad van weervoorspeller (rang 26), die op 1 juli 1995 titularis waren van de graad van calculator (rang 26), voorheen bekleed met de graad van calculator (rang 22), bevorderd worden tot de graad van eerste weervoorspeller (rang 28), van zodra ze ten minste negen jaar anciënniteit hebben in de nieuwe graad van weervoorspeller.
Art. 48. § 1. Par dérogation à l'article 25, § 1, les agents qui, conformément à l'article 38, § 1, sont nommés d'office au grade de prévisionniste (rang 26), qui étaient titulaires du grade de calculateur (rang 26) au 1 juillet 1995, auparavant revêtus du grade de calculateur (rang 22), peuvent, être promus au grade de prévisionniste principal (rang 28), dès qu'ils comptent au moins neuf ans d'ancienneté dans le nouveau grade de prévisionniste.