5. neemt kennis van het Commissievoorstel een covoorzitterschap in te stellen voor het proces van Barcelona: Unie voor het Middellandse-Zeegebied op het niveau van staatshoofden en ministers van Buitenlandse Zaken, en is van mening dat dit de gemeenschappelijke beleving van de Euromediterrane samenwerking zal versterken; benadrukt dat de zuidelijke tak van het voorzitterschap in overleg tussen de mediterrane partners zou moeten worden benoemd en dat het voorzittende land alle staten die bij het Barcelona-proces: Unie voor het Middellandse-Zeegebied betrokken zijn, moet uitnodigen op topbijeenkomsten en ministervergaderingen; is van mening dat het voorgestelde secretariaat van het versterkt
e partnerschap geen ...[+++]bureaucratie mag veroorzaken en evenmin bestaande structuren mag dupliceren; 5. prend note de la proposition de la Commission d'établir une coprésidence du processus de Barcelone: Une Union pour la Méditerranée au niveau des chefs d'État et des ministres des affaires étrangères, considérant que cela accroîtra l'appropriation commune de la coopération euro-méditerranéenne; souligne que la présidence devrait être nommée par voie de consensus parmi les pays partenaires méditerranéens et que le pays assumant la présidence devrait inviter, aux sommets et réunions ministérielles, tous les États participant au processus de Barcelone: Une Union pour la Méditerranée; considère que le secrétariat proposé pour le partenariat renforcé ne devrait ni être une
nouvelle structure ...[+++] bureaucratique ni dupliquer les structures existantes;