Art. 30. De wedde van de ambtenaren die kunnen genieten van artikel 25ter, § 5, van het voornoemd koninklijk besluit van 29 oktober 1971, mag worden vastgesteld in de meest voordelige weddenschaal van een ambtenaar van de buitendiensten van hun administratie van oorsprong die na hun zou worden gerangschikt voor de toekenning van deze weddenschaal, indien allen in deze diensten gebleven waren.
Art. 30. Le traitement des agents qui peuvent bénéficier de l'article 25ter, § 5, de l'arrêté royal du 29 octobre 1971 précité, peut être fixé dans l'échelle de traitement plus favorable d'un agent des services extérieurs de leur administration d'origine, qui serait classé après eux pour l'octroi de ladite échelle, si tous étaient restés dans lesdits services extérieurs.