Die situatie vloeit voort uit het feit dat de Overeenkomst, door te voorzien in de mogelijkheid van e
en belasting bij de bron, met betrekking tot de
dividenden (artikel 15) en de interesten (artikel 16), afwijkt van de - in België en in de meeste Europese landen traditionele - methode waarbij aan een van beide Staten het exclusieve recht wordt verleend om op
bepaalde inkomsten belasting te heffen (Parl. St., Kamer, 1964-1965, nr. 970/1, p. 3; Senaat, 1964-1965, nr. 267, p
...[+++]. 2).
Cette situation résulte de ce que, en prévoyant la possibilité d'un impôt à la source, en ce qui concerne les dividendes (article 15) et les intérêts (article 16), la Convention s'écarte de la méthode, traditionnelle en Belgique et dans la plupart des pays européens, par laquelle est attribué à l'un des deux Etats le droit exclusif de taxation de certains revenus (Doc. parl., Chambre, 1964-1965, n° 970/1, p. 3; Sénat, 1964-1965, n° 267, p. 2).