(1) Verdrag van 19 december 1966 inzake burgerrechten en politieke rechten, dat bepaalt : « Niemand mag worden onderworpen aan willekeurige of onwettige inmenging in zijn privé-leven, zijn gezinsleven, zijn huis en zijn briefwisseling, noch aan onwettige aantasting van zijn eer en goede naam» (Artikel 17.1).
(1) Pacte du 19 décembre 1966 relatif aux droits civils et politiques qui prescrit: « Nul ne sera l'objet d'immixtions arbitraires ou illégales dans sa vie privée, sa famille, son domicile ou sa correspondance, ni d'atteintes illégales à son honneur et à sa réputation» (Article 17.1).