2. De lidstaten mogen het in de handel brengen van gedeeltelijk afgebouwde vaartuigen niet verbieden, beperken of belemmeren, wanneer de fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde, dan wel de persoon die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen, in overeenstemming met bijlage III, onder a), verklaart dat het vaartuig bestemd is om door anderen te worden afgebouwd.
2. Les États membres ne peuvent interdire, restreindre ou entraver la mise sur le marché de bateaux partiellement achevés lorsque le constructeur ou son mandataire établi dans la Communauté ou la personne responsable de la mise sur le marché déclare, conformément à l'annexe III, point a), qu'ils sont destinés à être achevés par d'autres.