16. k
an instemmen met de veronderstellingen die de basis vormden voor de berekeningen in het driejarenplan; gelast het Bureau desondanks zijn behoeftenraming voor de volgende jaarlijkse uitbreidingsenveloppes verder te verfijnen, met name wat de maatregelen inzake de lijst van het aantal ambten betreft;
is van oordeel dat mogelijke effecten van productiviteitsstijgingen (bijv. vervroegde uittredingen, overnemen van de beste praktijken), het definiëren van negatieve prioriteiten en kernactiviteiten en de hervorming van de werkmethode
...[+++]n van het Parlement grondig moeten worden onderzocht vooraleer de begrotingsautoriteit wordt verzocht bijkomende middelen voor personeel ter beschikking te stellen; 16. accepte les hypothèses qui ont servi de base aux calculs effectués dans le plan triennal; charge néanmoins son Bureau d'affiner encore ses besoins estimés pour les prochaines enveloppes annuelles à allouer à l'élargissement, notamment en ce qui concerne les mesures touchant au tableau des effectifs; estime qu'avant de demander à l'autorité budgétaire de mettre à disposition des crédits supplémentaires pour le personnel, les effets possibles des gains de productivité (par exemple système de retraite anticipée, étalonnage des meilleures pratiques), de la définition de priorités négatives et d'activités essentielles et de la réfo
rme des méthodes de travail du Parlement ...[+++] doivent être examinés de manière attentive;