De verzoeker in de zaak met rolnummer 1291 voert bijkomend aan dat de onafhankelijkheid van de plaatsvervangende raadsheren niet is gewaarborgd doordat hun wedde wordt vastgesteld door de Minister van Justitie, terwijl artikel 154 van de Grondwet bepaalt dat de wedden van de leden van de rechterlijke macht door de wet worden vastgesteld en artikel 155 van de Grondwet verbiedt dat een rechter van een regering een bezoldigd ambt aanvaardt.
Le requérant dans l'affaire portant le numéro 1291 du rôle ajoute, à titre subsidiaire, que l'indépendance des conseillers suppléants n'est pas garantie, parce que leur traitement est fixé par le ministre de la Justice, cependant que l'article 154 de la Constitution dispose que les traitements des membres de l'ordre judiciaire sont fixés par la loi et que l'article 155 de la Constitution interdit qu'un juge puisse accepter d'un gouvernement des fonctions salariées.