Deze bepaling is toen verantwoord door het feit dat het Verdrag stelt dat wanneer een Staat de dader van een in artikel 1 bedoeld strafbaar feit niet uitlevert, bijvoorbeeld omdat het een onderdaan betreft, deze Staat de maatregelen moet nemen die nodig zijn om de bevoegdheid van zijn autoriteiten vast te leggen (artikel 6) en om de zaak aan de voor vervolging bevoegde autoriteiten over te dragen (artikel 7).
Cette disposition a été justifiée par le fait que la Convention prévoit que si un État n'extrade pas l'auteur d'une infraction visée à l'article 1 , par exemple, parce qu'il s'agit d'un de ses nationaux, il doit prendre les mesures nécessaires pour établir la compétence de ses autorités (article 6) et pour soumettre l'affaire à ses autorités compétentes pour l'exercice de l'action pénale (article 7).