2. De bevoegde douanedienst of het douanekantoor bedoeld in lid 1 informeert de houder van het recht en de aangever of houder van de goederen in de zin van artikel 38 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 over zijn optreden en mag deze in kennis stellen van de werkelijke of geraamde hoeveelheid en van de werkelijke of vermoede aard van de goederen waarvan de vrijgave is geschorst of die worden vastgehouden, zonder dat het verstrekken van deze informatie de verplichting inhoudt de zaak voor te leggen aan de autoriteit die bevoegd is een besluit ten gronde te nemen.
2. Le service douanier compétent ou le bureau de douane visé au paragraphe 1 informe de cette mesure le titulaire du droit ainsi que le déclarant ou le détenteur des marchandises au sens de l'article 38 du règlement (CEE) n° 2913/92 et est habilité à leur communiquer la quantité réelle ou estimée, ainsi que la nature réelle ou supposée des marchandises pour lesquelles la mainlevée a été suspendue ou qui ont été retenues, sans pour autant que la communication de cette information ne les oblige à procéder à la saisine de l'autorité compétente pour statuer au fond.