Dit referentiekader bevat een vijftal formules : naast de mede-ondertekening zoals vastgelegd in artikel 8 van het akkoord (formule 1), vertrekken de vier andere formules van het beginsel van één enkele ondertekening door een federale, een Gemeenschaps- of een Gewestminister, met volmachten van alle betrokken overheden.
Il comporte cinq formules : outre la cosignature retenue à l'article 8 de l'accord (formule 1), les quatre autres formules partent du principe d'une seule signature par un ministre fédéral, communautaire ou régional après que celui-ci a été dûment mandaté par toutes les autorités concernées.