Nemen de in het eerste en tweede lid vermelde activiteiten een aanvang of een einde tijdens de duur van het mandaat, dan brengt de betrokken provinciaal gedeputeerde de voorzitter van de provincieraad daarvan op de hoogte.
Lorsque les activités visées aux alinéas 1 et 2 débutent ou prennent fin en cours de mandat, le député provincial concerné en informe le président du conseil provincial.