De Vreemdelingenwet bepaalt dat de persoon bij wie men z
ich komt voegen, en niet de aanvrager, moet aantonen dat hij beschikt over stabiele, toereikende en regelmatige bestaansmiddelen, die ten minste gel
ijk moeten zijn aan honderdtwintig procent van het bedrag bedoeld in artikel 14, § 1, 3°, van de
wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatsc ...[+++]happelijke integratie.
La loi sur les étrangers prévoit que la personne à rejoindre, et non le demandeur, doit démontrer qu'elle dispose de moyens de subsistance stables, suffisants et réguliers, qui doivent être au moins équivalents à cent vingt pourcents du montant visé à l'article 14, § 1er, 3°, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration.