« De vreemdeling die regelmatig het Rijk binnengekomen is in het kader van een verblijf van maximaal drie maanden zonder de status van vluchteling of de subsidiaire beschermingsstatus te bezitten en die deze wenst te verkrijgen, moet binnen acht werkdagen nadat hij het Rijk is binnengekomen, zijn asielaanvraag indienen bij één der door de Koning ter uitvoering van artikel 50, eerste lid, aangewezen overheden.
« L'étranger qui est entré régulièrement dans le Royaume dans le cadre d'un séjour de trois mois au maximum sans avoir le statut de réfugié ou le statut de protection subsidiaire et qui désire l'obtenir, doit introduire sa demande d'asile auprès de l'une des autorités désignées par le Roi en exécution de l'article 50, alinéa 1, dans les huit jours ouvrables suivant son entrée dans le Royaume.