Bij arrest nr. 71/99 van 17 juni 1999 heeft het Hof beslist dat de zaak van de rol van het Hof zou worden geschrapt met betrekking tot de artikelen 99 en 100 van de wet van 22 februari 1998 houdende sociale bepalingen, indien de artikelen 121 en 122, eerste lid, van de wet van 25 januari 1999 houdende sociale bepalingen niet het voorwerp zouden zijn geweest van een beroep tot vernietiging binnen de wettelijke termijn van zes maanden die op 6 februari 1999 een aanvang heeft genomen of indien een dergelijk beroep werd verworpen.
Par arrêt n° 71/99 du 17 juin 1999, la Cour a décidé que l'affaire serait rayée du rôle de la Cour en ce qui concerne les articles 99 et 100 de la loi du 22 février 1998 portant des dispositions sociales si les articles 121 et 122, alinéa 1, de la loi du 25 janvier 1999 portant des dispositions sociales n'avaient pas fait l'objet d'un recours en annulation dans le délai légal de six mois qui a pris cours le 6 février 1999 ou si un tel recours était rejeté.