3. Om voor in artikel 31 bedoelde betalingen in aanmerking te komen, worden andere dan berggebieden beschouwd als gebieden die met ernstige natuurlijke beperkingen worden geconfronteerd, indien ten minste 60 % van het landbouwareaal voldoet aan ten minste één van de in bijlage III opgenomen criteria en de daar aangegeven bijbehorende drempelwaarde.
3. Afin de pouvoir bénéficier des paiements prévus à l'article 31, les zones autres que les zones de montagne sont considérées comme soumises à des contraintes naturelles importantes lorsqu'au moins 60 % de la surface agricole remplit au moins l'un des critères énumérés à l'annexe III, à la valeur seuil indiquée.