10. benadrukt dat mensenrechten voorrang moeten krijgen in de maatregelen voor het Europees nabuurschapsbeleid als integrerend onderdeel van het democratiseringsproces en onderstreept de noodzaak om de ervaring van de EU op het gebied van gelijkheidsbeleid en de bestrijding van seksegerelateerd geweld uit te dragen ;
10. souligne qu'il est nécessaire d'accorder une priorité élevée aux droits de l'homme dans les actions mises en œuvre au titre de la politique européenne de voisinage (PEV), dès lors qu'ils font partie intégrante du processus de démocratisation, et insiste sur la nécessité de partager les expériences de l'Union européenne tant en matière d'égalité hommes‑femmes que de lutte contre la violence fondée sur le sexe;