63. steunt de hervatting van de rechtstreekse vredesbesprekingen
tussen Israël en de Palestijnse Autoriteit (PA) en benadrukt de noodzaak van betekenisvolle onderhandelingen die binnen een beperkt tijdskader en in een klimaat van wederzijds vertrouwen worden gevoerd, een klim
aat dat slechts kan bestaan indien het beleid van voortzetting van de bouw van nederzettinge
n onmiddellijk door Israël wordt beë ...[+++]indigd; brengt in herinnering dat de EU de grootste donor van de PA en de voornaamste handelspartner van Israël is, en er dus rechtstreeks belang bij heeft beide partijen te overreden om de fundamentele kwesties die een oplossing behoeven zo snel mogelijk aan te pakken (vluchtelingen, grenzen en status van Jeruzalem), en tevens belang heeft bij een levensvatbare Palestijnse staat die in vrede samenleeft met de staat Israël; benadrukt dat er een tweestatenoplossing moet komen en erkent het recht van beide partijen om in veiligheid, welvaart en vrede naast elkaar te leven; verwelkomt derhalve de conclusies van de Raad over het vredesproces in het Midden-Oosten van 13 december 2010 en de verklaring dat de EU de partijen wil helpen dit doel te bereiken; 63. appuie la reprise des pourparlers de
paix directs entre Israël et l'Autorité palestinienne et souligne la nécessité de négociatio
ns sérieuses menées dans un délai déterminé et
dans un climat de confiance mutuelle, un climat qui n'est possible qu'à condition qu'Israël ordonne l'arrêt immédiat des constructions
dans les colonies; rappelle que l'Union est le premier bailleur de fonds de l'Autorité palestinienne et le principal partenaire commercial d'Israël, et qu'elle e
...[+++]st donc directement intéressé à convaincre les deux parties de régler le plus rapidement possible les questions essentielles (à savoir les réfugiés, les frontières et le statut de Jérusalem) et à aboutir à un État de Palestine viable, vivant en paix aux côtés de l'État d'Israël; souligne la nécessité d'une solution à deux États et reconnaît le droit des deux États à vivre côte à côte en toute sécurité, dans la prospérité et en paix; se félicite dès lors des conclusions du Conseil sur le processus de paix au Moyen-Orient du 13 décembre 2010 et de la volonté affichée de l'Union d'aider les parties à atteindre cet objectif;