33. herinnert aan de bestaande verschillen tussen de EU-lidstaten in termen van belastingdruk en belastingstructuur; onderkent de moeilijkheid om op een eenduidige manier een belastinghervorming te presenteren die leidt tot meer groei – zie bijvoorbeeld de voordelen (een verbreding van de grondslag) en de nadelen (verzwakking van het beginsel van belastingprogressie) die zijn verbonden aan een verplaatsing van directe naar indirecte consumptiebelasting; benadrukt evenwel dat een aantal gemeenschappelijke belastinghervormingsmaatregelen er op Europees niveau voor kunnen zorgen dat de efficiëntie van het belastingstelsel aanzienl
ijk verbetert en de belastinginkomsten aanzienlijk stijgen ...[+++], de werkgelegenheid toeneemt, de scheeftrekkingen verminderen en de groei toeneemt, bijvoorbeeld: