Elk voorstel tot toekenning van het Grootlint in de Leopoldsorde dat niet tot de exclusieve bevoegdheid van de Minister die bevoegd is voor Buitenlandse Zaken behoort, moet, na advies van het Kabinet van de Koning en gunstig advies van de minister, ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Ministerraad, met uitzondering van de belangrijke toekenningen bedoeld in artikel 3.
Toute proposition d'octroi du Grand Cordon de l'Ordre de Léopold ne ressortissant pas à la compétence exclusive du Ministre qui a les Affaires étrangères dans ses attributions, doit être soumise, après avis du Cabinet du Roi et avis favorable du ministre, à l'approbation du Conseil des Ministres, à l'exception des octrois majeurs visés à l'article 3.