« Art. 26 bis. § 1. Op aanvraag van de aangeslotene stelt de pensioeninstelling, of indien deze daar om vraagt, de inrichter, een raming ter beschikking van de op de leeftijd van 65 reeds verworven aanvullende pensioenrechten en geprojecteerde aanvullende pensioenrechten».
« Art. 26bis § 1. A la demande de l'affilié, l'organisme de pension ou l'organisateur, si celui-ci le demande, met à disposition une estimation des droits à l'âge de 65 ans de pension complémentaire déjà acquis et des droits de pension complémentaire projetés».