Er kan dan ook geen sprake van zijn dat, wanneer er minder kandidaten stemmen hebben bekomen dan er mandaten te begeven zijn, de resterende mandaten met toepassing van de voorrangsregels bedoeld in artikel 17, eerste lid, WGP, worden verdeeld onder de voorgedragen kandidaten die geen stemmen hebben behaald.
Donc, lorsqu'il y a moins de candidats ayant obtenu des voix qu'il n'y a de mandats à accorder, il ne peut être question de répartir les mandats restants, en application des règles en matière de préférence visées à l'article 17, alinéa 1, LPI, entre les candidats présentés qui n'ont pas obtenu de voix.