De uitgaven van een begrotingsjaar worden in de rekening van dat begrotingsjaar verantwoord voor zover betalingsopdrachten daarvoor uiterlijk op 31 december in het bezit van de financieel controleur en uiterlijk op 10 januari daaropvolgende in het bezit van de rekenplichtige zijn, en de betaling uiterlijk op 15 januari door de rekenplichtige is uitgevoerd.
Les dépenses d'un exercice sont prises en compte au titre de cet exercice sur la base des dépenses dont l'ordonnancement est parvenu au contrôleur financier au plus tard le 31 décembre, au comptable au plus tard le 10 janvier suivant, et dont le paiement a été exécuté par le comptable au plus tard le 15 janvier.