Art. 21. § 1. Bij zijn aanstelling wordt elke rekenplichtige door de administratief directeur van de Dienst voor Begroting, Boekhouding en Financiën of door iemand van zijn dienst ingelicht over zijn opdracht, zijn taken en de verantwoordelijkheid die hij op zich neemt evenals over de rechten en plichten die hieruit voortvloeien.
Art. 21. § 1. Lors de sa désignation, tout comptable est informé par le directeur d'administration du Service du Budget, de la Comptabilité et de la Trésorerie ou une personne de son service qu'il désigne de sa mission, des tâches et de la responsabilité qu'il endosse, ainsi que des droits et obligations qui en découlent.