De in artikel 24, tweede lid, van de wet van 4 juli 1989 vervatte regeling is gestoeld op de overweging dat de onafhankelijkheid die de rechtspositie van de bedrijfsrevisor kenmerkt, geen overlegging van de stavingsstukken aan het Rekenhof noodzaakt, zeker wanneer hij een visum zonder voorbehoud heeft verleend.
Le régime prévu à l'article 24, alinéa 2, de la loi du 4 juillet 1989 repose sur la thèse selon laquelle l'indépendance qui caractérise la position juridique du réviseur d'entreprise, n'implique pas qu'il doive remettre les pièces justificatives à la Cour des comptes, surtout pas lorsqu'il a octroyé un visa sans réserve.
