« Van zowel de werkende als de plaatsvervangende leden, bedoeld in het eerste lid, dienen er telkens tenminste drie te behoren tot elk van de categorieën, bedoeld in a, b, c en d van het eerste lid van deze paragraaf».
« Au moins trois des membres effectifs et suppléants, visés à l'alinéa 1er, doivent, chaque fois, appartenir à chacune des catégories visées à l'alinéa 1er, a, b, c et d du présent paragraphe».