2. wijst erop dat een strategie voor kinderen geworteld zou moeten zijn in de waarden en de vier basisbeginselen die in het UNCRC zijn vastgelegd: a) bescherming tegen iedere vorm van discriminatie, b) het belang van het kind staat voorop, c) het recht op leven en ontwikkeling, d) het recht een mening te uiten en dat, in elke aangelegenheid die het kind betreft, aan deze mening passend belang moet worden gehecht;
2. souligne qu'une stratégie sur les droits de l'enfant devrait se fonder sur les valeurs et les quatre principes fondamentaux inscrits dans la CNUDE: a) protection contre toutes les formes de discrimination, b) intérêt supérieur de l'enfant comme considération primordiale, c) droit à la vie et au développement, d) droit d'exprimer une opinion, qui soit prise en considération, sur toute question ou dans toute procédure l'intéressant;