111. verzoekt de Commissie om ondersteuning van opleidingsprogramma's voor rechtshandhavings- en gerechtelijke instanties, alsook van de desbetreffende EU-agentschappen, met het oog op het voorkomen en het bestrijden van discriminerende praktijken en haatmisdrijven; verzoekt de lidstaten om de voor onderzoek en vervolging bevoegde autoriteiten uit te rusten met praktische instrumenten en vaardigheden om de strafbare feiten die onder dit kaderbesluit vallen op te sporen en aan te pakken, en voor de interactie en communicatie met slachtoffers;
111. invite la Commission à soutenir des programmes de formation des personnels des services répressifs des autorités judiciaires, ainsi que des agences de l'Union concernées, afin de prévenir et de venir à bout des pratiques discriminatoires et des crimes motivés par la haine; invite les États membres à doter les autorités chargées des enquêtes et des poursuites des compétences et des outils nécessaires pour détecter et combattre les délits couverts par la décision-cadre et pour interagir et communiquer avec les victimes;