In de «Commentaar en opmerkingen bij de ontwerpen van staatsbegroting voor het begrotingsjaar 1998» schrijft het Rekenhof (blz. 57): «De Belgische Staat heeft zich krac
htens de wet van 23 augustus 1948 strekkende tot het in stand houden en het uitbreiden van de koopvaardij- en van de vissersvloot borg gesteld voor de terugbetaling van de hoofdsom, de interest en bijkomende kosten van de leningen die door de Nationale maatschappij voor krediet aan de nijverheid (NMKN) aan sommige rederijen werden toegekend. In de ontwerpbegroting is daartoe een krediet van 100.000 frank ingeschreven om de leningen terug te betalen van de ondernemingen die
...[+++] in gebreke blijven.
Dans ses «Commentaires et observations sur les projets de budgets de l'Etat pour l'année 1998», la Cour des comptes précise notamment ce qui suit (p. 57): «En vertu de la loi du 23 août 1948 tendant à assurer le maintien et le développement de la marine marchande et de la pêche maritime, l'Etat belge a garanti le remboursement en principal, intérêts et accessoires des emprunts consentis à certaines entreprises maritimes par la SNCI. A cet effet, le projet de budget prévoit un crédit de 100.000 francs pour faire face au remboursement des emprunts d'entrepreneurs défaillants.
