Art. 28. Als de gesubsidieerde uitrusting binnen de in artikel 20 bedoelde periode van tien jaar wordt afgestaan, gestolen of vernietigd, vergt de Administratie de terugbetaling van de subsidie in verhouding tot de waarde van de uitrusting, behalve als de vergoeding die door de verzekeringsmaatschappij wordt gestort, wordt aangewend voor een nieuwe gelijkwaardige uitrusting.
Art. 28. Dans le cas de cession, vol, destruction de l'équipement subventionné endéans la période de dix ans visée à l'article 20, l'Administration exigera le remboursement de la subvention proportionnellement à la valeur de l'équipement, sauf dans le cas ou l'indemnité versée par l'assurance est utilisée à des fins de rééquipement équivalent.