Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "arrest nr 88 2011 " (Nederlands → Frans) :

In antwoord op een prejudiciële vraag over de bestaanbaarheid van die bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet heeft het Hof, bij zijn arrest nr. 88/2001 van 21 juni 2001, geoordeeld :

En réponse à une question préjudicielle sur la compatibilité de cette disposition avec les articles 10 et 11 de la Constitution, la Cour a jugé, par son arrêt n° 88/2001, du 21 juin 2001 :


Uittreksel uit arrest nr. 88/2017 van 6 juli 2017

Extrait de l'arrêt n° 88/2017 du 6 juillet 2017


In tegenstelling tot het verval van het recht tot sturen (zie het arrest nr. 88/2016 van 2 juni 2016, B.4.2) is de verplichting om te slagen voor een theoretisch en een praktisch examen en voor een medisch en een psychologisch onderzoek om het herstel in het recht tot sturen te verkrijgen nadat het verval van het recht tot sturen bij vonnis is uitgesproken, geen strafrechtelijke sanctie, maar een preventieve beveiligingsmaatregel die een doel van algemeen belang nastreeft.

Contrairement à la déchéance du droit de conduire (voy. l'arrêt n° 88/2016 du 2 juin 2016, B.4.2), l'obligation de réussir des examens théorique, pratique, médical et psychologique pour obtenir la réintégration dans le droit de conduire après avoir été déchu par jugement du droit de conduire n'est pas une sanction pénale mais constitue une mesure préventive de sûreté dans un objectif d'intérêt général.


In tegenstelling tot het verval van het recht tot sturen (zie het arrest nr. 88/2016 van 2 juni 2016, B.4.2) is de verplichting om te slagen voor een theoretisch en een praktisch examen en voor een medisch en een psychologisch onderzoek om het herstel in het recht tot sturen te verkrijgen nadat het verval van het recht tot sturen bij vonnis is uitgesproken, geen strafrechtelijke sanctie, maar een preventieve beveiligingsmaatregel die een doel van algemeen belang nastreeft.

Contrairement à la déchéance du droit de conduire (voy. l'arrêt n° 88/2016 du 2 juin 2016, B.4.2), l'obligation de réussir des examens théorique, pratique, médical et psychologique pour obtenir la réintégration dans le droit de conduire après avoir été déchu par jugement du droit de conduire n'est pas une sanction pénale mais constitue une mesure préventive de sûreté dans un objectif d'intérêt général.


Uittreksel uit arrest nr. 88/2016 van 2 juni 2016 Rolnummer : 6220 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 38, § 2bis, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gesteld door de Politierechtbank West-Vlaanderen, afdeling Ieper.

Extrait de l'arrêt n° 88/2016 du 2 juin 2016 Numéro du rôle : 6220 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 38, § 2bis, de la loi relative à la police de la circulation routière, posée par le Tribunal de police de Flandre occidentale, division Ypres.


Artikel 1. De overweg nr. 88 op de spoorlijn nr. 162, baanvak Namen-Marloie, gelegen te Ciney, ter hoogte van de kilometerpaal 93.617, wordt uitgerust met de veiligheidsinrichtingen voorzien in artikel 3, 1°, het verkeersbord A47, en 2° a), van het koninklijk besluit van 11 juli 2011 betreffende de veiligheidsinrichtingen aan overwegen op de spoorwegen.

Article 1. Le passage à niveau n° 88 sur la ligne ferroviaire n° 162, tronçon Namur-Marloie, situé à Ciney, à la hauteur de la borne kilométrique 93.617, est équipé des dispositifs de sécurité visés à l'article 3, 1°, le signal routier A47, et 2° a), de l'arrêté royal du 11 juillet 2011 relatif aux dispositifs de sécurité des passages à niveau sur les voies ferrées.


Immers, zoals het Hof heeft geoordeeld in B.6 van zijn arrest nr. 84/2001 van 21 juni 2001 en in B.4.2 van zijn arrest nr. 125/2011 van 7 juli 2011, was de regeling van artikel 63 van de Arbeidsovereenkomstenwet, dat enkel de bescherming van de arbeiders beoogt, door de wetgever ingevoerd vanuit de bekommernis om een ander verschil in behandeling te compenseren, namelijk dat inzake de opzeggingstermijnen, dat de bedienden bevoordeelde.

En effet, comme la Cour l'a jugé en B.6 de son arrêt n° 84/2001, du 21 juin 2001, et en B.4.2 de son arrêt n° 125/2011, du 7 juillet 2011, le régime de l'article 63 de la loi relative aux contrats de travail, qui vise à protéger les seuls ouvriers, avait été instauré par le législateur dans un souci de compenser une autre différence de traitement, qui concernait les délais de préavis et favorisait les employés.


Bij zijn arrest nr. 57/2013 van 25 april 2013 heeft het Hof geoordeeld dat, om redenen die analoog zijn aan die van het arrest nr. 135/2009 van 1 september 2009 en van het voormelde arrest nr. 83/2011, geen enkele rechtsplegingsvergoeding kon worden opgelegd aan de overheid die herstelmaatregelen inzake stedenbouw vordert, maar dat haar ook geen enkele rechtsplegingsvergoeding kon worden toegekend.

Par son arrêt n° 57/2013 du 25 avril 2013, la Cour a jugé que, pour des motifs analogues à ceux de l'arrêt n° 135/2009, du 1 septembre 2009, et de l'arrêt n° 83/2011 précité, aucune indemnité de procédure ne pouvait être imposée à l'autorité qui requiert des mesures de réparation en matière d'urbanisme, mais qu'aucune indemnité de procédure ne pouvait non plus lui être octroyée.


Bij zijn arrest nr. 7/2011 van 27 januari 2011 heeft het Hof de artikelen 173, 3° en 4°, 200, 202 en 203 van die wet van 25 april 2007 vernietigd, rekening houdend met een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 6 oktober 2010 in de zaak C-222/08 naar aanleiding van een beroep van de Europese Commissie, alsook met een arrest van dezelfde datum in de zaak C-389/08 naar aanleiding van een prejudiciële vraag gesteld door het Hof bij zijn tussenarrest nr. 131/ ...[+++]

Par son arrêt n° 7/2011, du 27 janvier 2011, la Cour a annulé les articles 173, 3° et 4°, 200, 202 et 203 de cette loi du 25 avril 2007, tenant compte de l'arrêt rendu par la Cour de justice de l'Union européenne, le 6 octobre 2010, dans l'affaire C-222/08, à la suite d'un recours introduit par la Commission européenne, et de l'arrêt rendu à la même date dans l'affaire C-389/08, à la suite d'une question préjudicielle posée par la Cour constitutionnelle, par son arrêt interlocutoire n° 131/2008.


In de memorie van toelichting is het bestreden artikel 50 als volgt toegelicht : « De arresten van het Hof van Justitie van de Europese [Unie] van 6 oktober 2010 (zie de arresten C-389/08 en C-222/08) en het arrest van het Grondwettelijk Hof van 27 januari 2011 (zie arrest nr. 7/2011) hebben tot gevolg gehad dat het mechanisme voor de financiering van de sociale telefoontarieven dat in de wet vermeld is, is vernietigd.

Dans l'exposé des motifs, l'article 50, attaqué, a été commenté comme suit : « Les arrêts de la Cour de Justice [de l'Union européenne] du 6 octobre 2010 (voir les arrêts C-389/08 et C-222/08) et l'arrêt de la Cour constitutionnelle du 27 janvier 2011 (voir arrêt n° 7/2011) ont eu pour conséquence d'annuler le mécanisme de financement des tarifs téléphoniques sociaux figurant dans la loi.




Anderen hebben gezocht naar : bij zijn arrest     arrest nr 88 2001     uittreksel uit arrest     arrest nr 88 2017     zie het arrest     arrest nr 88 2016     juli     arrest     arrest nr 125 2011     arrest nr 83 2011     zaak c-222 08     arrest nr 7 2011     januari     arrest nr 88 2011     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'arrest nr 88 2011' ->

Date index: 2023-07-17
w